Gedachten op het einde van de reis
Ik denk dat het ongeveer 15 jaar geleden is dat ik ‘ingenieurs van de ziel’ las en geraakt werd door het lezen over het leven van de schrijvers in de Sovjet Unie. En al veel langer kan de muziek van de componisten uit die tijd me emotioneren. Na Frank Westerman ben ik o.a. Paustovski gaan lezen, met zijn prachtige beschrijvingen van zijn leven (en daarmee de tijd waarin hij opgroeide en volwassen was), de natuur en zijn filosofische bespiegelingen. De titels Geschiedenis van mijn leven, Begin van een onbekend tijdperk, De tijd van grote verwachtingen, alleen al, zijn kleine mooie verhaaltjes die prachtig het grote verhaal verwoorden. Het is daarom heel bijzonder te reizen langs plekken die een rol spelen in die boeken.
Het is een prachtige reis, maar ik voel me niet op reis. Ik zit in een bubbel, weliswaar een prettige bubbel; veel mensen weten enorm veel over Paustovski, Russische literatuur en/of cultuur, of hebben veel in andere landen gereisd, maar het is wel een bubbel. En niet mijn zelf gekozen, zelf bepaalde bubbel. En dat betekent concreet dat de bubbel alles bepaalt en niet jij. Dus zit ik veel in de bubbel (bus, trein, boot, groep) en kijk naar buiten, in plaats van dat je buiten echt bent. Ik mis de contacten, het gaan door de Russische wereld, de leuke baby die je even aandacht geeft, met daarna een trotse blik van vader of moeder, het moeten zoeken (naar een bepaalde bezienswaardigheid), verdwalen in een stad, de contacten met de mensen in het openbaar vervoer, zelf kiezen waar, wat, wanneer je eet.
En het is soms een toeristenbubbel, dan voel ik me overgeleverd aan de dames van Intourist (zou dat nog bestaan?). Gisteren hadden we 3 gidsen, die allemaal in hun eigen soort Engels met een Russische tongval weer bij Peter de Grote begonnen. En ik onthoud er niets van. Stadsrondritten, excursies in een kerk of museum, ik hoef het niet. Je ziet, hoort, weliswaar veel meer, maar ik ervaar, beleef veel minder. Liever dus de helft minder (eigen motto) met als resultaat veel meer.
Nogmaals, wat het interessant maakt is het onderwerp en het vrij onbekende niet toeristische gebied Karelië in het noorden, met dat prachtige noordelijke licht en de trieste musea en plaatsen. Ik heb plaatsen bezocht die ik anders met moeite bezocht zou hebben, er gingen deuren open die anders dicht bleven.
En het was vaak goed in de bus, er werden verhalen van Paustovski voorgelezen of gedichten van Poesjkin. We werden overladen met cultuur, anekdotes over schrijvers, de geschiedenis van Rusland. En dat is allemaal heerlijk te ervaren met vaak gelijkgestemden.
Maar ik merk dat ik hospitaliseer…….. de Intourist dames denken aan alles, ‘heeft u het witte papiertje nog van de douane?’ Schalde het door de bus. En verdo…..ik ging het ook nog nakijken.
Rusland is een prachtig groot, groot land met aardige, bescheiden mensen. Maar wat moeten er veel hier hard sappelen om rond te komen, wat zie je veel armoede en verwaarloosde dorpen. Met 10 appels op de markt, of met een bosje bloemen te koop bij het graf van Poesjkin. De kloof is groot tussen het platteland en bv St Petersburg. Hier staan dure winkels langs de Nevski Prospekt, staan de laatste versie auto’s in de file en zit de Starbucks vol met moderne jongeren.
En zie je ook mensen de vuilnisbakken uitzoeken op zoek naar drankblikjes, zie je overdag al dronken mensen.
Maar op dat platteland dan weer de mooie houten huizen met het beeldige tuintje, zo keurig onderhouden.
‘Van vrijheid kun je niet eten’.
Het is een ingewikkelde die politiek. Daar in het noorden was ik blij dat ik nooit op de cpn heb gestemd, maar tegelijkertijd had en heb ik nog steeds veel respect voor die mensen die grote idealen koesterden en er ook naar leefden. Voor de emigranten die naar Rusland vertrokken in de 20- en 30-er jaren (en die, hoe idealistisch, hoe naïef, och arme, soms ook met willekeur in de goelag verdwenen), voor de cpn-ers die in de 2e wereldoorlog in het verzet gingen, of in de Spaanse burgeroorlog vochten.
Ik vraag me af wat er voor de gewone, arme mensen hier is veranderd na de perestrojka, we reden door kleine plaatsen met 1 fabriek. Die fabriek werd in 1990 ontmanteld, en toen was het afgelopen met het werk, met de inkomsten. Ik hoor verhalen van scholen die dicht gingen, ziekenhuizen die minder medicijnen hebben. Ik voel de gaten in de weg en zie de vervallen huizen. Eerst had de partij alle macht, nu een kleine groep mensen.
De terreur, de willekeur is verdwenen.
En iedereen ‘rent’ achter de consumptieartikelen aan.
En het geloof, en daarmee de macht van de kerk is terug.
Daarom nog maar ‘ns Paustovski, die het veel mooier kan zeggen dan ik.
‘De religie was voor deze vrouwen een zoet zelfbedrog, een wereld van steriele bedenksels voor vermoeide lieden. Een andere uitweg zagen zij niet en daarom geloofden ze met zo’n fanatieke felheid, en in weerwil van alle gezond verstand en levenservaring, dat de rechtvaardigheid belichaamd werd in de gestalte van een bedelaar uit Galilea, in de gestalte van een God.
Maar waarom bleef deze God, bedacht door de mensen om in de bloedige en vreselijke warwinkel van het bestaan het spoor niet bijster te raken, dan almaar talmen, almaar zwijgen, en greep hij nooit in in het verloop van hun leven? En toch bleef men maar in hem geloven, ook al zag deze God nu al eeuwenlang werkeloos toe.
De dorst naar geluk was zo groot dat de mensen trachtten de poëzie van het geluk over te dragen op de religie, uit te drukken in plechtige bezweringen en in de walm van wierook.’
Morgen, is het nog 1 dag in St Petersburg.
Mooie bespiegelingen Marga. Snap heel goed hoe het voor jouw als reiziger moet zijn om in een groep te reizen die alles bepaalt. Maaaaar, het heeft je wel in dat prachtige gebied gebracht. Wellicht ooit nog eens terug?
Dank weer voor alle mooie verhalen.
LikeLike