Donderdag 21 november. Vandaag liepen we naar Matsuyama.

Op het platteland staan vaak heel eenvoudige kraampjes met fruit of groente.

Nu lopen we weer op de stoep. Deze is hier altijd voor de fietsers en wandelaars samen. Tot nu toe hebben we nog niet 1 fietsbel gehoord als er bv iemand achter ons rijdt en ons wil inhalen. Er wordt dan vaart geminderd, langzamer gefietst. Soms merken we het dat er iemand achter ons rijdt en kunnen we aan de kant gaan. Soms merken we het niet en dan ‘wacht’ de fietser tot hij of zij ons kan passeren. En dan vaak ook nog met een buiging (wij buigen dan ‘terug’) of een goedendag. Maar bellen? Of iets roepen? Homaar.


Ik was van plan wat ‘stadsfoto’s’ te maken, maar de steden zijn nog steeds niet echt mooi, dus dat is er weer bij ingeschoten. Ik zal mijn leven morgen beteren.

Een vajra beeldt zowel een bliksemschicht (‘als een bliksemschicht komt de verlichting’) als een diamant (het Boeddhisme is flonkerend, kostbaar). Deze lijkt van plastic, na inspectie blijkt het beschilderd hout.
Achter het hoofdgebouw was een lange, nauwe tunnel door de berg.


Ergens ‘achterin’ stonden beelden met gebeurtenissen uit het leven van de Boeddha. Toen ik ernaar vroeg bij de dame van de stempels bracht ze me naar nog een andere ruimte: een klein museum met Boeddhistische voorwerpen: een thank uit Tibet, beelden enz.

Dit beeld is m.i. niet in de Japanse stijl. Ik denk dat de stijl Indiaas is. En ze komen me zo bekend voor dat het wel eens kopieen van beelden uit Ajante kunnen zijn.

En waarom is Matsuyama bekend? Het badhuis en de warm water bronnen.

Dit badhuis is 1 van de oudsten en mooisten (vooral de binnenkant) van Japan. Zo vertellen de toeristische folders. Dit kon ik weer niet checken. Vorige keer ben ik hier doorgelopen en nu wordt de binnenkant gerestaureerd. Maar de buitenkant vind ik ook mooi.

Het is hier enorm toeristisch, veel dure winkels, souveniers, riksha’s en mensen, heel veel mensen.

Een klok waar op de hele uren poppen uit te voorschijn komen die dan de gang van zaken in het badhuis uitbeelden. Er stond een enorme menigte gewapend met een een telefoontje en vaak gekleed (want net schoongewassen) in kimono te wachten op klokslag 6 uur.